Wij gingen afgelopen weekend naar Brussel. Brussel is een enigma. Brussel is een soort Hotel California. Je kunt er altijd binnenrijden, maar bordjes naar de uitgang zijn niet te vinden. Toeristen rijden radeloos dagen rond door de binnenstad en over de ring op zoek naar een bord.
De afslag Brussel wisten wij zonder problemen te bereiken. Tot zover voldeed de bewegwijzering, zij het wel ná de afslag. Maar toen begon het avontuur. Wij zijn niet in het bezit van een Tomtom, en dus probeerden wij de weg te vinden naar ons hotel (in het hart van de wijk met de ‘Institutions Européennes’), met behulp van een uitdraaitje van routeplanner.
En dat ging meteen al bij de afslag fout. Want aan bewegwijzering doen ze maar nauwelijks in Brussel en linksaf op het papiertje kan in werkelijkheid drie soorten links zijn. Kruisingen daar bestaan vaak uit een afslag of zes, zeven.
Noemt de routeplanner een straatnaam, dan betekent dat dat de huisband omgekeerd in zijn stoel in noodtempo een minuscuul straatnaambordje op een vieze gevel moet zien te vinden en te lezen terwijl ik wanhopig probeer debiele automobilisten te ontwijken. Vaak resulteerde dat in de constatering dat het deze straat niet was. Dat betekende keren en weer en terug naar de kruising en een nieuwe poging wagen.
Wij hebben op weg naar het hotel half Brussel gezien. We zaten soms vast op bizarre éénrichtingswegen waar gereden werd alsof we in hartje Rome waren. We moesten ergens rechtsaf en kwamen er twee dagen later achter waarom we die afslag nooit hadden kunnen vinden, hij was namelijk vrijwel onzichtbaar.
We wisten, door een combinatie van sublieme navigatietechnieken, richtingsgevoel en oriëntatie en aan de hand van landschapskenmerken het hotel steeds dichter te naderen. Het hotel lag bij een reusachtige rotonde die ik drie keer heb moeten rijden en waarbij het opkomende verkeer voorrang had.
De volgende dag wilden we naar Waterloo. Gelukkig was het zo vroeg nog uitgestorven op straat. Toch zagen we half Brussel terwijl we minutieus de routebeschrijving probeerden te volgen. Straten bleken halverwege van naam te veranderen, en dat meerdere keren. Soms heette de ene kant van de straat anders dan de andere. Vaak stond het bordje ring eerst de ene kant op en een kilometer later precies de andere kant op. Meestal stond er helemaal niets.
Uiteindelijk wisten we de snelweg en Waterloo te bereiken. Natuurlijk niet nadat we de hele ambassadewijk hadden gezien en sommige kerken wel drie keer. Mr. Copy was het herkenningsteken dat we dat weekend het meeste zagen ( “Oh ja, je hebt gelijk, we komen inderdaad weer langs de Mr. Copy”).
Wij hebben de theorie dat de Belgen zelf geheime markeringen gebruiken en zo de stad kunnen verlaten, maar dat toeristen er aan de Goden zijn overgeleverd.
Ik begrijp dat Brussel bijna jullie Waterloo geworden is.
BeantwoordenVerwijderenTegenwoordig heb je ook GPS als app op je telefoon! Toch wel handig misschien?
BeantwoordenVerwijderen