woensdag 25 juli 2012

Vakantiereprise: Ode aan Palūšė

De Lonely Planet beloofde een schattig klein toeristendorpje, een goede uitvalsbasis voor wandelen en fietsen in een van de mooiste nationale parken van Litouwen. Ha, daar had ik wel oren naar! Aangezien de huurauto het al na drie dagen begeven had en een niet nader te noemen alleen in Europa opererend autoverhuurbedrijf het beloofde vervangende vervoer niet kon leveren, vertrokken meneer S en ik met onze volgepropte backpacks per trein van Vilnius naar het Litouwse platteland. Aangekomen in Iganalina bleek de bus naar idyllisch Palūšė ongeveer tweemaal per dag te gaan. Het duurde nog 3 uur voordat de volgende vertrok. Mind you, Palūšė ligt maar 5 km verderop waarop we besloten om een taxi te nemen.

Hobbelend met de backpacks op de rug en een redelijk gevulde tas vreterij uit de plaatselijke supermarkt vertrokken we met de taxi. De chauffeur had niet zo lang nodig om te bedenken dat we geen locals waren en reed ons meteen naar het toeristeninformatiecentrum. Of nou ja, het gebouw dat nu vervallen houten 2-onder-1kap datsjas zonder verwarming verhuurt. Het gebouw formerly known as informatiecentrum was niet bemand, er waren geen folders en er was zeker geen toeristische informatie. Er zat buiten alleen een kettingrokende meneer zonder goed humeur die ons niet kon helpen.

Er zat niet anders op dan terug te lopen naar het minidorp en te bedenken wat we moesten doen. Onderweg zagen we angstvallig weinig overnachtingsmogelijkheden. Het enige teken van leven was bij het enige eettentje in het dorp, en bij een ander gebouw. Dit bleek het kantoor van de beheerders van het nationaal park waarin Palūšė ligt te zijn. Hier zit overigens ook sinds een jaar of drie de toeristeninfo. In gesprek met de enthousiaste parkmeneer bleek dat het wel een beetje een probleem was dat we geen auto hadden, tenminste als we ergens wilden eten of slapen. Volgens mij dacht hij dat we een grapje maakte, maar toen we nog een keer vertelden dat we met het openbaar vervoer reisden betrok zijn gezicht een beetje. In ieder geval kon hij ons wel helpen.

Hij pakte zijn sleutels en we staken de enige verharde weg van het gehucht over. Daar liepen we de achtertuin in van een Litouwse familie. Parkmeneer sprak met een vriendelijke geblondeerde dame en jawel, we konden twee nachten in het houten huisje in de achtertuin slapen. Fietsen en boten voor op het meer waren tevens beschikbaar net zoals een Alessi cafetière. Opgelucht dat we ergens konden de slapen en eindelijk de zware tassen konden dumpen, kregen we weinig rust. De dame stond alweer voor onze neus met twee borden zelfgemaakte onduidelijke vleesbrokken, salade en brood. Als toetje een schaaltje zelfgemaakte wafels. We hadden vast wel honger, toch?

's Middags kwam het er dan echt van. Een wandeltocht met natuur en bos. En regen. En muggen. Maar het was weg uit de drukke stad en het was rustig. Na de wandeling aten we in de uitgestorven Piratenbar (tevens winkel voor sterke drank), die wonderbaarlijk genoeg een menukaart in het Engels had. Platgeslagen gefrituurde kipnugget met ingemaakte azijngroente. Jum. Plattelandlucht maakt slaperig en om 9 uur ging het licht uit.

De dag erna liepen we 18 km door bos en platteland, zagen we kraanvogels, fantastische landschappen, paddestoelen in alle soorten en maten en genoten we van de rust en van het land. 's Avonds aten we platgeslagen gefrituurde paneervarkenslapje met ingemaakte azijngroente en keek ik vertederd naar de babyvogels in een zwaluwnest. Wat een heerlijke vakantiedag en wat en schattig klein dorp. Als je ooit eens in de buurt bent...

1 opmerking:

  1. Litouwen stijgt op mijn reisverlanglijst! Eens even met de meneer overleggen. Vanavond om in de stemming te komen iets platslaan en paneren. Heb je de sterke drank in de Piratenbar ook geprobeerd?

    BeantwoordenVerwijderen