
Zijn bibliotheek is prachtig, en groot. En prachtig! Kan jij boeken spotten die misschien bij je thuis in de kast staan? Of wat is jouw ideale boekenopslag? Vertel het ons in de comments.

Een column van Eef en Caar.Ooit heb ik duidelijk gemaakt dat fietsen mijn voorkeur heeft boven het pakken van de bus. Maar soms kan ik niet fietsen. Bijvoorbeeld omdat ik haast heb, omdat het rotweer is of omdat ik lui ben. Genoeg redenen om soms lekker de bus te pakken. Helaas kom ik er altijd pas ín de bus achter dat een busreis niet altijd ‘lekker’ is.
Laatst zat ik in de bus. Het was gelukkig niet druk, dus ik had een fijn zitplaatsje. Ik heb twee favoriete plekjes. Óf links achterin in het verhoogde gedeelte, zodat ik overzicht over hele bus heb, óf juist helemaal rechts voorin, zodat ik kan meekijken met de chauffeur. Nou goed, ik zat dus lekker links achterin en terwijl ik naar buiten tuurde, ontwaarde mijn oog een vage plek. Ik stelde scherp en zag dat ik dóór een vetvlek op het raam probeerde te kijken. Gatver. Iemand had met z’n/d’r vette wang tegen het raam aan gehangen. Te zien aan alle smeersels, had diegene een hele tijd op die manier gelegen. Misschien had die persoon ook nog wel liggen slapen tegen datzelfde raam aan. Ik zag het straaltje kwijl al uit de mond lopen in mijn gedachten… Nogmaals: gatver!
Gelukkig maak ik ook wel eens spannende avonturen mee in de bus. Tijdens een andere rit reed de bus een onoplettende voetganger aan. Die man had niet goed om zich heen gekeken toen hij bij de bushalte overstak. De buschauffeur kon niet hard genoeg meer remmen. Het ongeluk leek wel in slow motion te gaan: de onfortuinlijke jongeman knalde tegen de bus, de chauffeur trapte direct op de rem, de passagiers schrokken op en slaakten wat kreetjes en de voetganger viel languit op de busbaan, maar krabbelde direct weer op. Hij stapte de bus in, keek alle passagiers aan en zei: “Sorry dat ik jullie busrit verkloot!”. Maar ik vond het niet erg. Want bijna alle busritten zijn saai, behalve die waarbij iets gebeurt, een aanrijding bijvoorbeeld. De beelden van het ongeluk staan op mijn netvlies gebrand. Ik zie de wang van de aangereden voetganger nog steeds tegen die voorruit geplakt zitten – daar zal nu ook wel zo’n vieze vetvlek zitten. Gatver.
Het is lente en dat betekent niet alleen dat rokjesdag in aantocht is, maar ook dat we weer bewindslieden op de fiets kunnen spotten. Daarom als foto van de dag Mark Rutte en Stef Blok samen op de fiets (niet samen op één fiets, helaas) ergens bij het Catshuis. Stef heeft het eerdere advies om geen pasteltinten te dragen duidelijk ter harte genomen, maar mijn advies 'backfire-de' keihard, want met deze vleeskleurige sjaal zijn we natuurlijk nog veel verder van huis. Harde kleuren, Stef, harde kleuren! Dat je niet voor de knalrode sjaal gaat, dat begrijpen we wel, maar knalblauw, felgroen, dat moet haalbaar zijn. Ik droom op deze mooie lentedag lekker van een Stef in een primair-gekleurde sjaal, terwijl Eef in gedachten haar handen nog even door de weelderige haardos van Mark laat gaan. Fijne sjaaltjesdag!
Dan nu de hoogtepunten van dit voorjaar, ik heb ze speciaal voor je gefotografeerd, gadegeslagen door een chagrijnige vrouw. Op nummer twee deze lente: het subzero warm breath mask. Een masker dat ervoor zorgt dat je warme lucht binnenkrijgt als je in een ijskoude omgeving bent. Nou ga ik weleens op wintersport, maar zo'n masker heb ik toch nog nooit nodig gehad. Bedenk dat dit een magazine is voor een breed publiek, niet een gespecialiseerd blad voor poolreizigers. En dan staat er als aanbeveling: "[...] preferred by high-altitude mountaineers and Antarctic scientists." Zit er iemand in mijn vliegtuig die denkt: "Ja, dit heb ik nodig. Want ik ga volgende winter op poolexpedities en van wat ik heb gehoord kan het daar best koud worden." Kaching, toch weer bijna 60 dollar verdiend aan dit fantastisch mooie product.
Als je dan toch bezig bent, koop er dan meteen mijn nummer één van dit seizoen bij: de iGrow Laser. Een helm met lasers die ervoor zorgt dat je een volle haardos krijgt. Denk je maar even in dat je thuiskomt, je hoort wat gezoem uit de woonkamer, je loopt naar binnen en wie zit daar met een bak chips en de kat op schoot? Je eigen man, met een glanzende helm op zijn hoofd. Eén foto en je komt in aanmerking voor een flitsscheiding waarbij jij aanspraak maakt op de rest van de spullen, de helm mag hij houden. En weer vraag je je af: wie koopt zoiets? Wil degene die dat koopt zich aan mij bekend maken? En een foto opsturen waarop hij de helm draagt? Draagt zo iemand dan ook tegelijkertijd het subzero warm breath mask? En heeft hij in de tuin het stenen zombiebeeld dat uit de grond komt kruipen? Zo veel vragen, zo weinig antwoorden.Dit is een gastcolumn van gastcolumnist De Z.
Donderdagavond, 5 voor 11. De laatste slok van de koffie moet ik altijd in m'n bekertje laten zitten, want die smaakt naar azijn. Nog even het draaiboek doornemen, webcam aanzetten, platen doorluisteren. Het nieuws gaat volledig langs me heen, net zoals gelukkig de reclame. Dan, 3 minuut en 17 seconden over 11. Klik. Jingle, plaat, radio!
Maar ik heb geen baan.
De jaren '70-hits schallen door de studio en de eerste bellers melden zich. De meeste telefoonnummers ken ik inmiddels uit mijn hoofd. Van de schreeuwer, die bij elke Michael Jacksonplaat vraagt of het 'niet een beetje rustiger kan!'. Van onze Friese vrachtwagenchauffeur, die met al onze spelletjes meedoet. En van J. uit 's Hertogenbosch, die weer eens niet op de titel van een liedje kan komen. De radio is vaak hun enige gezelschap in de lange nacht die komt. Gelukkig zorgen wij voor de sfeer.
Maar toch heb ik geen baan.
Ik zit wél vier keer in de week van half 11 's avonds tot 1 uur 's nachts in een radiostudio. Als producer (zeg maar: het mannetje achter de schermen) werk ik op ongure tijden bij onze staatsradio. Wat een droom! Jaren '80-platen, ik ken ze allemaal. Wie de technicus was bij Dark Side of the Moon, ik weet het. De nachtprogrammering van de landelijke radiostations, ik ken ze. En ik vind het fantastisch.
Want ik heb geen baan, ik heb een goed betaalde hobby.

Er zijn van die sites waar je met regelmaat naar terugkeert. En dan bedoel ik niet nos.nl of de inlogpagina van je bank, maar sites waarvan je weet dat je er altijd iets moois of inspirerends zal vinden. Zo'n soort site is het blog van sub-studio, een site vol met design, architectuur, kunst en hebbedingen.Stel, je hebt 10 kinderen. Je bestiert het complete huishouden in je eentje en probeert zo zuinig mogelijk te leven. Naast je bomvolle huishoudelijke dagen heb je nog zin in een extra hobby. Telkens jam maken verveelt immers ook op een gegeven moment. Wat doe je dan? Dan start je natuurlijk een weblog om je lezers op de hoogte te houden van je dagindeling, bespaartrucs en kookavonturen.
De 42-jarige Teunie Luijk uit Alblasserdam schrijft het weblog ‘Eenvoudig leven’. Toen zij en haar man Willem in het huwelijk traden, kwamen ze direct in financieel zwaar weer door hoge gezondheidskosten. Consuminderen werd noodzaak voor Teunie, die zichzelf als fulltime gezinsmanager betitelt. Ik vind dat Teunie heel leuk schrijft en aandoenlijke informatie ten tonele voert.
Zo vertelt ze regelmatig minutieus hoeveel euro ze uitgeeft aan haar boodschappen, wat ze voor dat bedrag krijgt en hoe ze het complete arsenaal aan groente meeneemt naar huis. En dan laat ze ook nog even weten volgens welk systeem ze al die spullen heeft opgeborgen. Ook vertelt ze regelmatig over haar dagbesteding. Laatst heeft ze een hele dag al haar bezigheden getimed en precies opgeschreven hoeveel minuten ze kwijt was aan de was, administratie, stofzuigen, koken en e-mail checken.
Begin februari meldde Teunie op haar weblog dat ze zou gaan stoppen, omdat ‘iemand die haar na aan het hart ligt’ vond dat ze de tijd die de huisvrouw in haar weblog stak, in haar gezin zou moeten steken. Dit was het moment dat schrijfster Sylvia Witteman op Twitter ‘#freeTeunie’ begon rond te bazuinen en ik ‘Eenvoudig leven’ leerde kennen. Ruim 200 webloglezers reageerden op het bericht van Teunie. De meerderheid vond uiteraard dat ze moest blijven bloggen. Gelukkig heeft ook Teunie het licht gezien en heeft ze, na een korte pauze, haar digitale pen weer opgepakt. Nu wel zónder reactiemogelijkheid. Ook op interviewverzoeken gaat ze niet meer in. Gelukkig hebben we altijd haar weblog en boek nog. Teunie rules!
Naakte mensen op de fiets, heeft de opwarming van de aarde inmidels een nieuw hoogtepunt bereikt? Of zijn de functie-eisen voor de CliniClowns aangepast? Een gemuteerd Schmallenbergvirus? Vertel het ons in de comments.

“Zo, heb ik alles? Even kijken hoor, t-shirts, keelsnoepjes, schone broek want je weet maar nooit. Waar zijn m’n sleutels? Zonnebril op, ik ken niet zonder, hup alles in de rolkoffer.” Geer is good to go. Met de haartjes in de gel, zwart glittershirt aan, stapt hij z’n auto in, een witte BMW X3. Uit de radio klinkt zijn eigen stem en Geer zingt mee met zijn oude hit. “Gonna buy me a ticket to the Tempelberg!”, haha, Geer heeft er zin in en hij draait alvast warm voor zijn volgende schnabbel. Geer is op weg naar het huis van Maarten Koningsberger waar hij een masterclass Matthäuspassionzingen zal krijgen. Geer heeft er bijna geen kracht voor en is bang dat de weg er naartoe alleen al een lijdensweg zal zijn.
"Een vrouw van 28 uit Nistelrode is vanochtend lichtgewond geraakt toen ze een buizerd probeerde te ontwijken. Ook de buizerd raakte gewond. Het dier is naar een vogelopvang gebracht. [...] De vogel vloog in richting van de auto. De vrouw probeerde de buizerd te ontwijken, slipte en botste twee keer tegen de vangrail. [...] De vrouw is met de ambulance naar het ziekenhuis gebracht omdat ze gewond was geraakt aan haar hoofd. [...] Haar auto is waarschijnlijk total loss. Het is onbekend hoe het met de buizerd gaat."

Op de middelbare school heb ik een major crush gehad op mijn leraar Engels. Laat ik ‘m meneer P. noemen. Hij was niet per se knap, was zeker 15 jaar te oud en woonde op z’n 35e nog bij z’n ouders thuis. Toch vond ik meneer P. geweldig. Het probleem van een leraar leuk vinden, is dat je niet meer relaxt in de les zit. Nu was ik best wel goed in Engels, dus hoefde ik niet keihard te werken, waardoor ik extra veel tijd had om de leraar uit te checken. Tja. Maar als hij me dan een vraag stelde, liep ik knalrood aan – althans, zo voelde het wel – en probeerde ik hakkelend een antwoord uit te brengen.
Gelukkig had deze leraar af en toe nogal onorthodoxe lesmethodes, waardoor ik niet al te vaak iets hardop hoefde te zeggen. Oh, wacht, ik bedoel het anders. Laat ik het goed opschrijven, voordat de term ‘een beurt krijgen’ een wel heel rare betekenis krijgt. Ik bedoel dat deze docent niet alleen maar uit het lesboek werkte, maar ook leuke opdrachten gaf. Een van die oefeningen is me altijd bijgebleven. Meneer P. zette namelijk muziek op van een artiest die ik nog niet zo goed kende, maar wél direct geweldig vond: Billy Joel. Terwijl de klanken van ‘She’s always a woman’ het lokaal vulden, moesten wij op een blaadje de ontbrekende woorden opschrijven.
She can kill with a ____
She can _____ with her eyes
She can ruin your faith with her ______ lies
And she only ______ what she wants you to see
She _____ like a child, but she’s always a woman to me
Práchtig. Toen ik na die bewuste lesdag thuiskwam, zocht ik meteen in de platenkast van mijn ouders de muziek van Billy Joel op. Later, toen ik zelf liedjes kon downloaden, zette ik zijn complete Greatest Hit op m’n mp3-speler. En nu nog luister ik regelmatig naar Billy Joel en denk ik met plezier terug aan mijn favoriete leraar Engels.
Mijn nieuwsgierigheid nam laatst de overhand. Ik zocht meneer P. op op Google. Wég sprookje. De leraar blijkt geen leraar meer te zijn, maar getrouwd en eigenaar van een zweverige healingpraktijk. Oeps. (Gelukkig vertaalt hij ook boeken. Eén van die boeken heb ik uiteraard direct bij de bieb gehaald.) Maar toch is meneer P. niet helemaal mijn type, blijkt nu. Het is maar goed dat het bij een crush gebleven is.