Dit is een gastcolumn van gastcolumnist Doortje
“Hier is ie dan, jullie 23e achterkleinkind”, zegt manlief H. trots. We zijn op een soort omgekeerde kraamvisite bij zijn opa en oma. Terwijl opa thee gaat halen, vertelt oma dat het steeds moeilijker wordt om al die namen te onthouden; er blijven maar nieuwe bij komen… De naam van onze spruit kenden ze alleen nog als hondennaam, en de naam van kleinkind numero 24, die van de week is geboren, hadden ze helemaal nog nooit gehoord. “Maar die naam komt voor in de Bijbel, hoor!” zegt H., "Kijk maar!”
Oma kijkt verbaasd toe hoe H. op het scherm van zijn iPhone begint te tikken. "Kan je dat daarop lezen?!”
“Ja, hier heb ik het al.” Opa komt net binnen met de thee, en oma roept uit: “Kijk dan, er staat gewoon een hele Bijbel op dat ding!”
“Goh…” zegt opa.
“Zal ik een foto maken voor in het kraambezoekboek?” zegt H. even later, terwijl hij zijn telefoon weer pakt. “Kan dat ook al met dat ding?!” Oma’s verbazing stijgt. H. laat trots de fotootjes zien die we de afgelopen weken hebben gemaakt. Oma is zeer verbaasd dat dat daar allemaal zomaar op past, en nog meer als na het aanzetten van de fotocamera-functie een bewegende opa op het scherm verschijnt. H. wordt steeds enthousiaster en laat ook nog even zien hoe je de camera kan ‘omdraaien’, zodat je een foto van jezelf kan maken. Oma vindt het prachtig, en even later zijn opa en oma fanatiek digitale koeien aan het melken.
“En dan kan je er ook nog mee bellen” zeg ik lachend.
“Kan je hier mee bellen?!?!” roept oma verbaasd uit.
En ineens vraag ik me af hoe de wereld eruit zal zien als onze zoon ooit achterkleinkinderen krijgt. Zou de technologie de komende tachtig jaar net zo’n ontwikkeling maken als de afgelopen tachtig jaar? Opa moest op de fiets naar de dokter terwijl zijn vrouw lag te bevallen. En toen een paar jaar later zijn buurman een telefoon had, moest hij buiten gaan staan zwaaien terwijl vrouwlief binnen lag te puffen, want de dokter kon hun huis niet vinden… Zullen onze achterkleinkinderen ook ooit medelijdend aanhoren hoe wij dat ‘vroeger’ deden zonder al hún moderne technologie? Of zullen ze juist hoofdschuddend aanhoren hoe afhankelijk wij waren van elektriciteit, internet en straling… Stiekem hoop ik op dat laatste. En misschien hoop ik ook wel een beetje dat ze net als opa en oma ooit zullen lachen om het feit dat wij in 2012 over een ‘economische crisis’ spraken.
“Crisis?!” aldus opa, “Mensen weten niet eens meer wat crisis is!” En zo is het.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten