Zomaar een doordeweekse ochtend in een Hema in de Randstad. Terwijl ik mijn spullen voor de caissière op de toonbank uitstal, lopen er een paar hippe jonge jongens de zaak binnen. Jongens met een lichtgetinte huid zoals dat in de moderne media heet.
De caissière kijkt even op van haar werkzaamheden als de drie heren haar aanspreken: "mevrouw, mevrouw, heeft u ook van die eh die worsten? Van die Hemaworsten?". De dame wijst naar de lege stelling achter de jongens en antwoordt een beetje verbaasd. "Normaal hebben we ze wel, maar ze zijn nu even op. We wachten nog op de levering." "Okee, nou jammer. Bedankt mevrouw!" En de jongens verlaten teleurgesteld de winkel.
De kassadame staat stil en kijkt me enigzins geschokt aan. "Volgens mij was dat een Marokkaan", zegt ze tegen terwijl haar werk stillegt. "De tweede jongen niet geloof ik, maar het waren Marokkanen! Zag je het? Wat moeten ze dan met die worsten. Dat kan toch helemaal niet!" Ik begrijp even niet welke kant dit gesprek opgaat. Maar dan valt het muntstukje. Want hoe geïntegreerd de winkelketen ook is met het verkopen van Suikerfeestlekkernijen en Arabische chocoladeletters, die worsten lijken me toch redelijk haram. Ik reken af en pak mijn spullen. De caissière knijpt haar ogen ietwat samen en sist: "In ieder geval ben ik niet degene die gestraft zal worden voor het eten van Hemaworsten".
Geen opmerkingen:
Een reactie posten