Als je toe bent aan een mini-vakantie in eigen land, zijn er legio mogelijkheden om je even terug te trekken in een rustigere omgeving dan een Randstadstad. Limburg en de Wadden vielen af want te ver weg voor slechts één nachtje weg. Ik ben opgegroeid in Zeeland en meneer S op de Veluwe dus dat viel ook af. De Heuvelrug is net te dichtbij, hoewel volgens sommigen na knooppunt Lunetten sowieso de vakantie begint. Het werd de uiteindelijk de Biesbosch.
Eerlijk? Het was geen liefde op het eerste gezicht. Dordrecht is lelijk en je moet eerst nog een vreselijk nieuwbouwwijk door voordat de Merwede ziet. Maar eenmaal aan het water en in de rust vergeet je direct dat je net bij de pont een groep vijftigplussers met overgewicht op elektrische fietsen moest omzeilen.
Zelfs op een drukke en zonnige Pinksterdag is de BB nog best rustig. Er waren wel wat gemotoriseerde voertuigen, en enkele waterscooter en heel veel fietsers, maar zodra je het asfalt verlaat gaat er een wereld voor je open. De wereld van aalscholvers, futen, ruigpootbuizerds en bosrietzangers (en van ganzenkak onder je schoen, maar dat is dan wel weer lekker in touch met de natuur). De wereld van de luxe van een vogelkijkhut helemaal voor jezelf alleen.
De BB combineert op een ideale manier het woeste outdoorleven (ja, want er was dus geen hek bij het wildrooster en toen moesten we onder het prikkeldraad door buikschuiven) met het beste (drank en spijs) van de grote stad. En dat alles op nog geen uur rijden.
De volgende keer dat ik naar de BB afreis, kies ik een doordeweekse dag. Als de eerste pont om zes uur ’s ochtends vertrekt en het nog stiller dan stil is. Dan doe ik even alsof één van de meest ongerepte (alhoewel?) stukjes natuur helemaal van mij is. Hopelijk laten de lepelaars en de koekoeken zich dan wel zien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten