Bij de dames van Gemodder in de Marge zijn de meningen over Arnon Grunberg verdeeld. De één vindt hem een omhooggevallen irritant mannetje dat deprimerende boeken schrijft, de ander vindt hem de koning van het absurdisme en de treurigheid. In de laatste categorie val ik zelf. Ik verkneukel me bij de depressieve contactgestoorde types die in zijn romans de revue passeren. Grunberg zelf vind ik minder interessant, mij hoef je niet wakker te maken voor een interview met hem, want het is wel een ietwat pedant en ook raar kereltje, maar dat moet je denk ik ook wel zijn als je zulke boeken schrijft. Hoe kun je anders zo gedetailleerd schrijven over de zieleroerselen van obsessieve gekken? Tenzij je dit natuurlijk vanuit je achtergrond als psycholoog doet.
In het licht van de absurde en deprimerende verhalen die Grunberg zelf schrijft, is het interview dat de schrijver gaf aan journalist Anton Dautzenberg helemaal niet zo vreemd. Dautzenberg zelf gedraagt zich in het resulterende verhaal alsof hij zelf zo uit een boek van Grunberg is gestapt. Of het nu waar is of niet. Want daar is onenigheid over.
Wat is er precies aan de hand? Dautzenberg mocht Grunberg interviewen voor de VPRO-gids. Naar mate het gesprek vordert kan de journalist zijn oog niet afhouden van een mee-eter in het gezicht van de bekroonde schrijver. Hij kan zich niet meer beheersen, buigt naar Grunberg en knijpt, onder het voorwendsel iets over gepast en ongepast gedrag te willen vragen, de mee-eter in het gezicht van de schrijver uit.
Bij navraag ontkende Grunberg de situatie, Dautzenberg blijft volhouden dat het gebeurd is. Prachtig. Het is dat Anton Dautzenberg echt bestaat, anders zou ik geloven dat Grunberg het interview zelf geschreven heeft. Hoe het ook zij, ditmaal toch een heel interessant interview met Arnon Grunberg en ook nog eens een heerlijk absurd verhaal erbij. Ik heb besloten het te geloven, zo mooi om waar te zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten